vrijdag 22 februari 2008

Berlinerbollen en Buddha

22 februari 2008

Na onze horrornacht ontbijten we met Berliner bollen. Die hebben we heel slim gisteravond na ons bezoekje aan de Chinees ingeslagen. Yentl en Levia staan te popelen om het zakje open te maken. Eindelijk mag het. Wat een tegenvaller dat deze bollen op z'n Thais gevuld zijn: uien zitten erin! DanZe willen graag even de tv aan hebben. Niet dat ze die missen onderweg, maar als er eens een tv is, willen ze daar wel even naar kijken. Gisteravond hebben ze Popeye en The Flintstones kunnen zien. In het Thai, maar dat maakt geen donder uit. Vanochtend zijn alle tekenfilms zo te merken in het Engels. Ja, dat is beter. Als ik onwillekeurig een beetje loop te zingen, word ik vermanend toegesproken door Yentl: 'Stil nou mama, anders kunnen we de tv niet verstaan.' Gebiologeerd kijken ze samen naar een filmpje over een wolf die een konijn treitert.



Vandaag gaan we van Ao Luek naar Phang Nga fietsen. Het is zo'n 40 kilometer. We vertrekken vroeg en hebben heel veel fietszin. De PDA komt hier weer van pas. Van dit gebied hebben we gedownloade Google Maps. Het eerste stuk is het heuvelachtig. Hier en daar een flink klimmetje, maar het is aangenaam fietsen met de zon voornamelijk in de rug.



Onderweg doen we een restaurantje aan, waar we bij nader inzien toch maar alleen wat te drinken nemen. Het eten ligt er namelijk al (uren, dagen?) in bakken klaar. De mensen van het restaurant verkopen aan de overkant van de weg ook blikjes fris en vers fruit. We zien de mevrouw een watermeloen halen uit haar eigen marktkraampje, ze rommelt wat in de keuken en even later zet ze ons een groot bord geschilde watermeloen voor. Wat een traktatie!



Ongeveer de helft van de route rijden we over een heerlijke binnenweg. Tussen de rubberboomplantages door en de dadelpalmen. Overal zijn bananenbomen als brandnetels uit de grond geschoten. Tragisch genoeg zien we 1 veld vol palmbomen die het loodje gelegd hebben. Tien meter hoge bomen die helemaal bruingrijs zijn, met slaphangende takken. Vergane glorie.

Op een gegeven moment moeten we over een grotere weg. En die is echt groot. Het valt ons wat tegen, want er wordt ook flink gescheurd en onbesuisd ingehaald. We rijden weer eens over de 'shoulder' van de weg en letten extra goed op omdat de achteruitkijkspiegel gisteren bij het busvervoer gesneuveld is. Aan onze linkerhand is nu een mangrovegebied, terwijl rechts karstgebergte als grote pukkels uit het verder vlakke landschap steekt. Aan een van die bergen zien we een buddhabeeld. We steken de weg over en rijden over een hobbelweggetje richting buddha. Te bijzonder om zomaar aan voorbij te gaan.

Bij Buddha treffen we Jack. Jack is een zeer bereisde Thai. Hij werkt in de wegenbouw voor een Amerikaans bedrijf en heeft daardoor op diverse plekken in de wereld gewoond. In Bahrein, Saudi-Arabie, Israel onder andere. 'En', gok ik, 'u hebt een tijd in Australie gewoond, niet?' Jack lacht. Ik kan het aan zijn Engels horen. Hij heeft inderdaad in Melbourne gewoond. Hij vertelt ons dat dit de Khao Thao Buddha is, zijn vaste lunchplek iedere dag, omdat je hier zo heerlijk in de schaduw van de bomen kunt zitten. En de buddha is mooi, dat vinden wij ook.

We zijn terug in Phang Nga! Een paar weken geleden hadden we hier een lunchstop toen we onderweg waren met de bus naar Krabi. We gaan weer naar hetzelfde restaurantje. Bestellen zelfs hetzelfde. Ze herkennen ons uiteraard.

Na dik 45 kilometer fietsen voel ik me te brak om nog de bijna 9 km naar het Nationale Park ten zuiden van Phang Nga af te leggen. We vinden een kamer in de Phang Nga Inn. Deze keer een erg luxe kamer in dit bijzonder fraaie hotel. Overal donkere planken vloeren die prachtig glimmen. Onze kamer is mooi ingericht en heeft een luxueuze badkamer, waar de kinderen meteen voor vallen. Gebadderd moet er worden. Dit is baden in weelde. Yentl kan er geen genoeg van krijgen en zit wel anderhalf uur in bad.

De eigenaar van de Phang Nga Inn geeft ons een leuke tip: vlak voor het vallen van de duisternis moeten we naar een park een stuk verderop gaan. Daar komen dan veel Thai met hun kinderen, honden en zelfs apen. Een gouden tip. Het is er gezellig druk met een geweldige speeltuin. De foodstalls ontbreken niet. Verderop is een meertje met daaromheen een hardloopparcours. Onder de overhangende rotsen zwemmen enorme vissen in het water. Genoeg te zien dus en een heerlijke sfeer. Door de schemering fietsen we terug naar het dorp.

Fietsers zijn onze hoteleigenaar niet vreemd. Dankzij AWOL kloppen hier regelmatig fietsers aan en zo komen we een stel uit St. Oedenrode tegen. Zij zijn vandaag vanaf Phuket komen fietsen (75 km, applaus!). Morgen geven we onze kaart van de provincie Krabi aan ze mee.

De plannen
Morgen gaan we eerst een tochtje maken met de longtailboot. Om 8u30 worden we opgepikt bij ons hotel. We varen langs diverse eilanden, waaronder Ko Phing Kan, beter bekend als James Bond Island en bezoeken een Moslimdorp dat op palen in het water staat. Daarna gaan we kamperen in het National Park.

Geen opmerkingen: